De coöperatie is springlevend

Roland van der Vorst - Head of Innovation

De coronacrisis houdt de hele wereld in haar greep. Maar behalve de negatieve gevolgen die we allemaal ondervinden maakt ze ook iets anders duidelijk: terwijl we elkaar fysiek op afstand houden, groeit het besef dat we in geestelijk opzicht juist dichter naar elkaar toe moeten bewegen.

Meer dan ooit wordt duidelijk dat we alleen door samenwerking problemen kunnen oplossen. De schade van deze crisis was veel kleiner geweest als landen een gezamenlijke strategie tegen Covid 19 hadden gekozen. Als er goede afspraken waren gemaakt over het delen van kennis, medicijnen en de mobiliteit van mensen. De schade was minder groot geweest als we gekeken hadden naar de samenhang van de verschillende elementen (zoals gezondheidssymptomen, ziekenhuiscapaciteit, mobiliteitspatronenen en culturele context) en hun systeemdynamische effecten. Als deze crisis iets duidelijk maakt, is het dat we de wereld als geheel moeten beschouwen.

Dat geldt niet alleen voor het bestrijden van Covid-19. De uitdagingen van deze tijd overschrijden de grenzen van onze eigen haard. Ze vragen om een coöperatieve grondhouding. Een waarbij we ons realiseren dat we afhankelijk zijn van elkaar. Dat het gebruik van fossiele brandstoffen in New York, Shanghai en Amsterdam invloed heeft op het waterniveau in Bangladesh. Dat de brandende regenwouden in Brazilië wel eens zouden kunnen bijdragen aan de benodigde ophoging van onze dijken. Ook de oplossingen voor deze uitdagingen beginnen bij het besef van onderlinge afhankelijkheid.

Je zou denken dat technologie ons daarbij kan helpen. Maar achteraf gezien is de hele global village vooral een praatclub gebleken. Iedereen kan online naar hartelust communiceren, spelletjes spelen en zaken doen met de hele wereld. Maar om nou te zeggen dat dit heeft geleid tot een diepgaand besef dat we elkaar nodig hebben, valt nog maar te bezien.

Digitale ecosystemen

Toch komt daar verandering in. Er komt steeds meer ‘cooperatieve technologie’. Zoals systemen die de onderlinge afhankelijkheden tussen meerdere partijen op een goede manier regelen. De meeste platforms – zoals e-commercebedrijven, dating platforms en marktplaatsen – stimuleren nu nog de economische uitwisseling tussen twee partijen. Maar er komen steeds meer digitale ecosystemen die verschillende spelers met elkaar te verbinden op een manier waar iedereen beter van wordt. Denk aan de digitale platforms in bijvoorbeeld Afrika en India die boeren gemakkelijker verbinden met financiers, zadenleveranciers en afzetmarkten. Goed voor boeren en alle bedrijven in die keten. Deze digitale systemen stemmen de onderlinge afhankelijkheden zorgvuldig op elkaar af. De spelers staan zo niet meer tegenover, maar tussen elkaar. We zijn vanuit innovatie bij Rabobank actief aan het investeren in dergelijke platforms in de wereld.

Op de tweede plaats zijn er platforms die expliciet het algemene belang behartigen. Een klein voorbeeld dat bedoeld is om voedselverspilling tegen te gaan is Olio, een gratis app die buurtgenoten met elkaar verbindt die teveel eten hebben dat ze zelf niet kunnen opeten. Hij werkt eenvoudig: je maakt een foto van je eten en mensen die zijn aangesloten ontvangen een alert. Inmiddels hebben een miljoen mensen in 49 landen zich hierbij aangesloten. Olio zorgt ervoor dat mensen niet tegenover, maar naast elkaar staan. Hier zie ik traditioneel een belangrijke rol voor ons in Nederland. Het platform Support Your Locals dat we actief hebben helpen bouwen is zo’n voorbeeld hiervan.

Dit zijn nieuwe coöperatieve systemen die mensen bijeenbrengen op basis van wederzijdse afhankelijkheid. Dat is misschien wel een van de meest hoopgevende ontwikkelingen: Het blijft niet meer bij praten alleen. Deze nieuwe systemen maken het verbinden van mensen minder vrijblijvend.

Bouwers van coalities

Maar er is een derde manier waarop we het individuele belang kunnen helpen overstijgen: een fysieke plek inrichten waar mensen onder elkaar zijn. Zo is de voetbalkantine voor veel ondernemers in het Westland een plek waar geschillen worden beslecht en oplossingen bedacht. De kantine is een neutrale, derde ruimte, waar men elkaar vertrouwt. Onder het voetbal ontstaat er tijd om het eens te worden. De kantine is juist zo effectief omdat hij niet bedoeld is voor overleg.

Langzamerhand kunnen we elkaar weer gaan ontmoeten. Laten we die mogelijkheid gebruiken om mensen uit ons netwerk bij elkaar te brengen. Van elkaar te laten leren. Hoe zij met de crisis zijn omgegaan. Kunnen we samen misschien een buurt vooruit helpen? Zelf ben ik onder andere betrokken bij een initiatief waarbij we kijken hoe we boeren wereldwijd kunnen laten profiteren van de opslag van CO2 in hun land of bomen. Ik zie een belangrijke rol weggelegd voor ons als bouwers van coalities. Op lokaal niveau en op wereldschaal. Daarmee helpen we de wereld vooruit. En het is goed voor zaken, want nieuwe initiatieven moeten ook gefinancierd worden.

Twintig jaar geleden klonk de cooperatie voor veel mensen misschien ouderwets. Tegenwoordig is zij springlevend. Wij zijn bij uitstek de organisatie om te laten zien dat de coöperatie kan werken. Let’s grow a better world together.

Deze column verscheen eerder in Rabo &Co

Over Roland van der Vorst

Roland van der Vorst

Roland van der Vorst is sinds april 2019 Head of Innovation bij Rabobank. Daarnaast is hij Professor Strategic Design for Brand Development aan de Faculteit Industrial Design Engineering van de TU Delft. Hij startte zijn carrière in de reclame- en communicatiewereld als strateeg bij FHV/BBDO, en vervolgde zijn loopbaan onder andere als voorzitter van BBDO Nederland en oprichter van THEY. Van 2015 tot 2019 was hij directeur van FreedomLab, een denktank voor toekomstscenario’s. Roland schrijft columns, o.a. voor Het Financiële Dagblad.